Informatiearchitectuur

Uit Podiumkunst.net
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Visie

Podiumkunst.net werkt toe naar een digitaal platform waarin het Nederlandse podiumkunst-erfgoed dat wordt beheerd door erfgoedinstellingen en theatermakers samenkomt. Dit platform wordt gedefinieerd als de verbindende 'bruikbaar'-laag van de data, zoals beschreven in de DERA en opgenomen in het Activiteitenplan Podiumkunst.net. Het is daarmee de verbindende laag tussen de data bij de collectiehouders en de diensten die door verschillende doelgroepen kunnen worden gebruikt. Via dit platform is alle data digitaal met elkaar verbonden, goed vindbaar, voor iedereen toegankelijk en de basis voor dé inspiratiebron voor huidige en toekomstige makers. Het platform biedt de basis voor de eerste versie van de zoekfunctie, middels een door Podiumkunst.net te ontwikkelen widget, die beschikbaar zal zijn op een demo-portal voor een groep testgebruikers van Podiumkunst.net.

De ambitie van Podiumkunst.net luidt: "We zijn tevreden als Podiumkunst.net fungeert als het netwerk waar alle podiumkunstencollecties en hun gebruikers met elkaar verbonden zijn. Een aantal pilotprojecten met zowel erfgoedinstellingen als theatermakers hebben ervoor gezorgd dat nieuwe collecties succesvol ontsloten zijn via deze digitale infrastructuur. Podiumkunstinstellingen en -gezelschappen, culturele professionals,, onderzoekers, journalisten, studenten en docenten in het (kunstvak)onderwijs weten de collecties te vinden via Podiumkunst.net en gebruiken de collecties bij het realiseren van hun werk. Op een later moment wordt besloten of Podiumkunst.net ook als platform beschikbaar gesteld wordt voor het algemeen geïnteresseerde publiek."

Om deze ambitie waar te maken, is een digitale infrastructuur nodig. Deze infrastructuur omvat afspraken en technische voorzieningen die het voor elke podiumkunsteninstelling met een archief of collectie mogelijk maakt om aan te sluiten bij het digitale netwerk. Met de verbonden collecties als basis zijn er mogelijkheden om extra doelgroepgerichte diensten aan te bieden via het platform.

Het beheer en de beschikbaarstelling van de collecties en de bijbehorende metadata blijft een taak van de deelnemende podiumkunstinstellingen. Het hart van deze digitale infrastructuur wordt gevormd door de Podiumkunst.net knowledge graph: het netwerk van verbonden digitale collectiedata uit de volgende collecties: Stichting Theater in Nederland, Allard Pierson, Theaterkrant, Muziekweb, Stichting Omroep Muziek, Nederlands Jazz Archief en Beeld en Geluid.

Informatiearchitectuur.png

De informatiearchitectuur schetst de grote lijn van deze verbinding, en vormt een soort ‘bestemmingsplan’. Realisatie van de digitale infrastructuur is een verdere invulling, binnen de kaders van het bestemmingsplan. De informatiearchitectuur zelf wordt ingekaderd door de Nationale Strategie Digitaal Erfgoed (NSDE) en zoekt daarom aansluiting bij de DERA, de Digitaal Erfgoed Referentiearchitectuur (zie ook het hoofdstuk Principes) en al bestaande standaarden en voorzieningen binnen het Netwerk Digitaal Erfgoed (NDE).

Beschikbaarstelling van collectieinformatie

Collectieinformatie.png

Bronhouders zijn zelf verantwoordelijk voor het beschikbaar stellen van hun collectieinformatie (zie ook de beschrijving van rollen, conform DERA). Dit vereist afspraken over de wijze van beschikbaarstelling, in het bijzonder het te hanteren informatiemodel.

Een belangrijk uitgangspunt is het gebruik van linked data, waarbij de publicatie van linked data in beginsel ‘aan de bron’ plaatsvindt. Dat betekent dat collectiebeheersystemen geschikt (moeten) zijn voor publicatie van linked data. We beschouwen dit als groeiscenario. Voor met name kleinere podiumkunstinstellingen geldt dat, zeker op korte termijn, het zelfstandig publiceren van linked data niet altijd haalbaar is. Deze instellingen kunnen vanuit een (tijdelijke) ‘wasstraat’ worden ondersteund om hun informatie om te zetten naar linked data c.q. het afgesproken informatiemodel. Voor het netwerk is dit om het even: de data komt of rechtstreeks van de bron, of via een wasstraat waaraan de bronhouder – onder zijn verantwoordelijkheid – de transformatie naar linked data heeft uitbesteed.

Architectuurpatroon 'Wasstraat' (DERA)

Verbinding van collectieinformatie

Knowledge graph.png

De Podiumkunst.net Knowledge Graph bestaat uit de verzameling van verbonden collecties. De collectiedata wordt daarbij niet naar een centrale repository overgeheveld, maar blijft bij de bron (die eventueel is aangesloten op een een wasstraat). De Podiumkunst.net knowledge graph is dus in hoge mate decentraal en wordt ondersteund vanuit een aantal gemeenschappelijke voorzieningen:

  • NDE-voorzieningen, in het bijzonder het Termennetwerk en het Datasetregister. In het datasetregister registreren de bronhouders informatie over de dataset(s) die zij ter beschikking stellen. Via het termennetwerk zijn verschillende terminologiebronnen te doorzoeken.
  • Terminologiebronnen specifiek voor podiumkunsten. Dit omvat terminologiebronnen die door podiumkunstinstellingen beschikbaar worden gesteld (bijvoorbeeld autoritatieve bronnen voor bepaalde werken en uitvoeringen – zie ook de informatiestromen in de beschrijving van het bronnenlandschap). Deze terminologiebronnen worden ook aangesloten op het NDE Termennetwerk, zodat ze vanuit daar doorzoekbaar zijn.
  • Alignmentinformatie vanuit een centrale Podiumkunst.net-bron. Terminologiebronnen zullen elkaar aanvullen en gedeeltelijk overlappen. In de regel ontbreekt het aan een canonieke – door iedereen gebruikte - persistente identifier voor objecten (zoals personen, organisaties, voorstellingen, et cetera). Dit leidt tot de noodzaak om verschillende terminologiebronnen met elkaar in verband te brengen.

Ondersteuning van doelgroepgerichte diensten

Diensten.png

Dienstverleners kunnen bovenop de Podiumkunst.net knowledge graph doelgroepgerichte diensten ontwikkelen. Podiumkunst.net ondersteunt dienstverleners door centrale APIs aan te bieden voor bevraging van de Podiumkunst.net knowledge graph en door widgets beschikbaar te stellen die hierop aansluiten en die door dienstverleners op hun eigen site ingezet kunnen worden. De optie om een centraal portal te ontwikkelen wordt op een later moment onderzocht.

Stakeholderveld

Verschillende partijen binnen de podiumkunsten doen verschillende dingen. DERA definieert rollen, met elk hun eigen taken en verantwoordelijkheden en bijbehorende requirements. Organisaties kunnen meerdere rollen vervullen. Ook kunnen sommige rollen worden uitbesteed. In de context van Podiumkunst.net kunnen we de rollen die DERA specificeert als volgt verder duiden:

  • Producent: hieronder vallen de makers van muziek, theaterproducties en voorstellingen - componisten, choreografen, theatergezelschappen, orkesten, et cetera - alsook ontwerpers en makers van fysieke en born-digital materiaal (bijv. decorontwerpen, theaterkostuums, licht- en geluidplannen, video-/audioregistraties). De producent kan in de regel aanspraak maken op rechten op het geproduceerde object, zoals auteursrechten of naburige rechten, en is in dat geval tevens een rechthebbende (zie hieronder). Het gemaakte, zowel materieel als immaterieel, is wat DERA een ‘cultuurhistorisch object’ of ‘erfgoedobject’ noemt. Dat zijn niet per se objecten uit het verleden: ook uitvoeringen in de toekomst worden binnen DERA als een potentieel cultuurhistorisch object beschouwd, omdat ze een onderdeel kunnen zijn van de vindbare erfgoedinformatie.
  • Rechthebbende: dit zijn de (natuurlijke of rechts)personen die een deel of het geheel van het intellectueel eigendom of andersoortige rechten op de erfgoedobjecten bezitten. Hieronder vallen de producenten van de erfgoedobjecten, maar bijvoorbeeld ook de ‘erven van’ en in voorkomende gevallen ook andere betrokkenen (denk bijvoorbeeld aan portretrecht in relatie tot een video- of fotoregistratie, of rechten op grond van de AVG).
  • Bronhouder: een bronhouder is eigenaar van en verantwoordelijk voor het beheer van één of meer bronnen met erfgoedinformatie. De instellingen die de basis vormen van Podiumkunst.net zijn alle bronhouder: Stichting TIN / Allard Pierson (theatercollectie, theaterencyclopedie), Theaterkrant.nl (recensies), Muziekweb (online muziekbibliotheek), Stichting Omroep Muziek (Muziekschatten, bladmuziekarchief), het Nederlands Jazz Archief (materialen over de Nederlandse jazzgeschiedenis), en Beeld en Geluid (media). Maar het bronhouderlandschap voor podiumkunsten omvat nog veel meer instellingen. De diversiteit is groot; vooral voor kleinere instellingen kan het gestructureerd opbouwen en beheren van een archief een uitdaging zijn. Het Archieftraject podiumkunsten, dat door DEN is geïnitieerd en door Podiumkunst.net vervolgd wordt, ondersteunt hierbij.
  • Makelaar: is een partij die erfgoedinformatie verbindt, combineert, aligneert, integreert of anderszins met elkaar in verband brengt. Deze rol kan samenvallen met die van bronhouder, maar een makelaar kan ook een derde partij zijn. Voor Podiumkunst.net voorzien we dat relaties tussen terminologiebronnen (deels) centraal worden aangebracht en beheerd.
  • Dienstverlener: is een partij die een dienst (‘afgebakende prestatie’) levert aan afnemers. Dit kunnen diensten zijn aan andere dienstverleners (bijv. Podiumkunst.net als leverancier van diensten aan podiumkunstinstellingen) en/of aan eindgebruikers (bijv. een podiumkunstinstelling die – mede op basis van de Podiumkunst.net dienstverlening – een thematische ingang biedt waarin de eigen collectie in context wordt ontsloten, verbonden aan bronnen van andere podiumkunstinstellingen).


Verschillende stakeholders hebben wensen en concerns uitgesproken over de informatiearchitectuur van https://www.podiumkunst.net/. De wensen en concerns zijn onderzocht om de basis te vormen voor de architectuurprincipes voor Podiumkunst.net.

Wensen

De wensen van geïnterviewde partijen zijn samen te vatten in drie onderwerpen: Het verbinden van collecties, het structureren van data en het aansluiten bij bestaande ontwikkelingen. Hiernaast zijn nog de wensen per geïnterviewde organisatie getabelleerd.

Verbinden van collecties

Een veel gehoorde wens is het verbinden van collecties. Onder andere het SOM, Allard Pierson, DEN en LIMA hebben het verbinden van de collecties als een belangrijke wens meegegeven. SOM breidde dit uit met de wens dat Podiumkunst.net onder andere gaat fungeren als een algemene zoekbalk voor podiumkunsten en de bijbehorende auteurs, uitvoerders, uitvoeringen, etc. Hierdoor wordt de informatie beschikbaar gemaakt voor verschillende soorten publiek: van onderzoekers tot particuliere geïnteresseerden. Het Allard Pierson gaf daarnaast aan de productiedata uit DIP te willen halen en intern te verbinden. Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid heeft ook aangegeven de collecties te willen verbinden via project Polifonia en vanuit DAAN. NADD merkt daarbij op dat er een goede verhouding moet zijn tussen de complexiteit van de infrastructuur en de diversiteit binnen de podiumkunstwereld.

Structureren van data

Informatie uit collecties wordt momenteel beschreven op een manier die per organisatie verschilt. Standaardisatie daarin werd als wens meegegeven door meerdere organisaties, zoals het SOM, DEN en Muziekweb. Hiervoor moeten wel autoratieve bronnen worden aangewezen waar de informatie en de standaard initieel beheerd worden. Hierbij is het ook belangrijk dat eenduidige definities gebruikt worden; DIP heeft aangegeven dat zij betrokken willen zijn bij het valideren van deze definities. DEN geeft aan dat ontwikkelingen recht moeten doen aan de reguliere werkpraktijk.

Het aansluiten bij bestaande ontwikkelingen

Door aan te sluiten bij bestaande ontwikkelingen hoeft het wiel niet opnieuw uitgevonden. Het aansluiten bij de DERA werd genoemd vanuit DAAN van het Beeld en Geluid Instituut en door NDE. Daarnaast werd ook vanuit DEN geopperd om aan te sluiten bij bestaande (pilot)projecten en niet parallel aan die projecten hetzelfde te gaan ontwikkelen. Ten slotte gaf PublicSpaces aan bestaande tooling te inventariseren en te beoordelen, zodat andere (kleinere) instellingen deze kunnen gebruiken.

Lijst wensen per organisatie

  • SOM: Het is wenselijk dat de opgeslagen informatie wordt beheerd bij een bron welke een autoriteit is op deze informatie. Daarnaast is het wenselijk om de properties rondom de opgeslagen informatie te structureren met URI's en dus zonder kenmerkende woorden, zodat de presentatievorm later bepaald kan worden. Daarnaast is het wenselijk dat Podiumkunst.net een soort zoekfunctie aanbiedt zodat het beschikbaar is voor verschillende soorten publiek.
  • Muziekweb: Podiumkunst.net zou een autoratieve bron kunnen worden voor muziekwerken, want deze bron bestaat nog niet. Verder wordt er vooral verbinding verwacht tussen archieven, podia, databases, etc.
  • Allard Pierson: het is gewenst dat Podiumkunst.net de basisdata uit de DIP applicatie gaat halen en verbinden. Met verbonden data zijn er - naast een gezamenlijke zoekschil over bestaande databases - nog veel meer mogelijkheden. Hebben we die eigenlijk goed in beeld? Wat is nu de meerwaarde van verbonden data? En hoe gaan gebruikers van Podiumkunst.net daar profijt van hebben?
  • Beeld en Geluid: veel raakvlakken op plekken waar Beeld en Geluid in geïnteresseerd is. Project Polifonia specifiek heeft een internationale dekking, waardoor er vooral gekeken wordt naar de nationale collecties. Het is wel wenselijk om de metadata doorzoekbaar en vindbaar te maken.
  • DEN: aansluiting op het archieftraject, ontsluiting van het archief is bij veel instellingen nauwelijks tot niet geregeld. Bewustwording is nodig om dit te versterken. Hoe kun je werken met metadatering meenemen in werken met archief als onderdeel van het 'normale werk'? Als dat een extra taak is, dan wordt het archief juist een grote klus.
    • Pilot: Ontwikkelde HUB in samenwerking met Het Filiaal om informatie te linken vanuit het planningssysteem met de theaterencyclopedie.
    • Stimuleer dat er pilots gedaan worden om collecties KB en Podiumkunst.net te koppelen
    • Houd rekening met verschillen in metadatering tussen bijvoorbeeld dans en theater en DAAN. Hier moet een generieke conversie voor worden ontwikkeld.
  • NDE: aansluiting op de infrastructuur verbonden erfgoed en de DERA. Het is wenselijk dat Podiumkunst.net gebruikt kan worden als bron voor het door NDE ontwikkelde Termennetwerk, en dat er wordt aangesloten op het NDE Datasetregister.
  • DIP: maak gebruik van bestaande ontwikkelingen en ga niet het wiel opnieuw uitvinden. DIP wenst een rol spelen in de validatie van definities die gebruikt worden in een terminologiebron, want een uitgangspunt van DIP is: "elke nieuwe ontwikkeling dient een eenduidige terminologiebron te krijgen".
  • NADD: goede verhouding tussen complexiteit van de infrastructuur en de diversiteit binnen de podiumkunstwereld.
  • LIMA: verbindingen leggen met de LIMA collecties en Podiumkunst.net zou belangrijk zijn voor de beschrijvingsmodellen en de conservering van bepaalde collecties.
  • PublicSpaces: wens om verbinding te leggen met de erfgoedinstellingen zelf en zo de gebruikte tooling en configuraties te inventariseren en beoordelen, wat waardevolle informatie kan zijn voor kleinere instellingen. Mogelijk via Podiumkunst.net te organiseren.

Concerns

Er zijn ook concerns onder de geïnterviewden bevonden. De concerns zijn samen te vatten in drie vragen: Hoe hou je alles bij elkaar? Welke informatie sla je op? En hoe definieer en identificeer je die informatie?

Hoe hou je alles bij elkaar?

Het 'one shoe fits all'-concern werd met name geopperd door het NADD en DAAN. De grote diversiteit binnen alleen al de podiumkunstwereld zorgt voor een complexe infrastructuur, welke moeilijk verenigd kan worden. De diverse informatie die gedeeld gaat worden is vaak nog niet beschikbaar. Concerns vanuit DEN waren geopperd in het kader van de archiefvorming, omdat veel instellingen nog weinig tot geen archief hebben gevormd. Er zijn hierin volgens het DEN archieftraject drie groepen te zien:

  • Grote partijen met relatief gestructureerde archieven met metadatering. Dit zijn uitzonderingen op de regel.
  • Middelgrote partijen die het belang van het archief delen, maar niet weten waar ze moeten beginnen en vaak daardoor ook nog niet begonnen zijn. Vaak zijn er ook beperkte tijd en middelen beschikbaar voor archivering en daardoor is er soms nog geen master excellijst met daarin alle archiefstukken.
  • Kleine partijen die (bijna) geen respons geven, vermoedelijk door de intensiviteit van het project of omdat er überhaupt geen archief bestaat. De informatie is verspreid over de afdelingen (de productiemensen weten waar de productie informatie staat, de marketing mensen weten waar de marketing informatie staat, etc.).

De grote partijen met (relatief) gestructureerde archieven met metadatering werken niet volgens één standaard, maar allemaal volgens hun eigen standaard. Dit oppert een ander concern, wat ook geopperd werd vanuit onder andere het Allard Pierson: wat te doen met identifiers van de informatie? Waar ontstaan deze identifiers? En wie beheert ze?

Welke informatie sla je op?

Welke informatie is bedoeld om getoond te worden op Podiumkunst.net, werd vanuit SOM werd het concern geopperd? Komt het hele verleden erop, maar tot hoe ver in de toekomst toon je de informatie? Een nieuwe productie die nog niet is gespeeld, kan wel worden getoond, maar welke komende speeldata worden opgeslagen? Hiernaast heeft DIP aangegeven geen archieffunctie te willen uitvoeren, waardoor de informatie overgedragen moet worden.

Hoe definieer je die informatie?

DEN oppert ook een ander concern: hoe definieer je sommige informatie? Een kostuum ontwerper kan meerdere mensen zijn: een choreograaf bedenkt bijvoorbeeld het kostuum, maar iemand anders is degene die het kostuum daadwerkelijk maakt. Een choreograaf kan samen met de dansers de choreografie gemaakt hebben en wilt daarom niet als enige choreograaf worden genoteerd, maar als danser en choreograaf tegelijk. Dit is ook te vinden in het concern wat is geopperd door het Beeld en Geluid project Polifonia: kleinere producties zijn moeilijk in te delen in bekende WEMI structuur, omdat er vaak geen verschil is tussen het werk, de expressie, de manifestatie en het item.

Architectuurprincipes

Met het hanteren van een aantal principes bij Podiumkunst.net beogen we eenduidigheid te creëren in de wijze waarop verschillende deelnemers en collecties met elkaar verbonden worden, zodat oplossingen niet complexer worden dan nodig. Dat komt stabiliteit, toepasbaarheid en betaalbaarheid ten goede.

Onderstaande principes zijn mede tot stand gekomen uit de gevoerde gesprekken met collectiebeheerders en andere belanghebbenden. Klik op het linkje aan de rechterkant om meer informatie te tonen. Elke principe is voorzien van een rationale (waarom is het principe belangrijk?) en een of meer implicaties (welke consequenties volgen uit het hanteren van het principe?):


1. Podiumkunst.net wordt in gezamenlijkheid ontwikkeld met de podiumkunstinstellingen en -archieven

  • Daardoor borgen we draagvlak en zorgen we dat alle instellingen en archieven kunnen aansluiten.
  • Impliceert dat we bij het maken van keuzes rekening moeten houden met de betrokken partijen en misschien niet altijd de technisch beste optie kunnen kiezen.

2. Podiumkunst.net verbindt collecties van uiteenlopende volwassenheid

  • Daardoor kunnen alle partijen (groot/klein) meedoen en sluiten we zoveel mogelijk collecties aan
  • Daardoor krijgen we sneller en beter zicht op welke collecties er zijn
  • Impliceert dat niet alle aangesloten collecties even goed voorzien zijn van metadata (kwantiteit/kwaliteit)

3. Podiumkunst.net maakt collectie-items toegankelijk via de voorzieningen van de collectiebeheerders

  • Daardoor houden collectiebeheerders de controle over hun collectie
  • Daardoor hoeft Podiumkunst.net zelf geen autorisatie op toegang tot collectie-items uit te voeren
  • Daardoor hoeft Podiumkunst.net zelf geen voorziening te bieden voor het ontsluiten van collectie-items
  • Impliceert dat van collecties zonder eigen publicatievoorziening alleen metadata beschikbaar is via Podiumkunst.net

4. Podiumkunst.net verbindt collecties met behulp van een metadatamodel gebaseerd op RDA

  • Daardoor wordt Podiumkunst.net op een voor de gebruikers transparante wijze doorzoekbaar
  • Impliceert dat toevoegingen aan het model (m.n. specialisaties voor relaties waar RDA tekortschiet) helder toegelicht moeten worden
  • Impliceert dat 'mappingen' gemaakt moeten worden voor aangesloten collecties met een afwijkend metadatamodel

5. Podiumkunst.net verbindt collecties op itemniveau door middel van duurzame identifiers

  • Daardoor kunnen collecties op uniforme en duurzame wijze met elkaar verbonden worden
  • Impliceert dat aangesloten collectiebeheerders zorgen dat collectie-items via duurzame id's bereikbaar zijn
  • Impliceert dat collectiebeheerders zelf duurzame id's creëren waar/wanneer nog geen geschikte id beschikbaar is

6. Podiumkunst.net verbindt collecties semantisch door metadatavelden te relateren aan open terminologiestelsels

  • Daardoor ontstaat een virtueel netwerk van collecties met eenduidige semantiek
  • Daardoor kunnen alle collectiebeheerders zelfstandig betekenis toevoegen aan de metadata.
  • Impliceert mogelijk migratie c.q. toevoegen van relaties naar terminologiestelsels
  • Vereist classificeren van terminologiebronnen in open en gesloten

7. Podiumkunst.net bevordert dat collecties zoveel mogelijk verwijzen naar autoritatieve bronnen

  • Daardoor blijft de noodzaak tot zelf beschrijven zoveel mogelijk beperkt
  • Daardoor wordt waar mogelijk hergebruik gemaakt van bestaande thesauri
  • Impliceert het aanwijzen of erkennen van autoritatieve bronnen
  • Impliceert dat een terugkoppelmechanisme nodig is voor het aanvragen van correcties in bestaande thesauri.

8. Podiumkunst.net zoekt aansluiting bij lopende en geplande initiatieven bij de podiumkunstinstellingen en -archieven.

  • Daardoor kunnen we instellingen en archieven aansluiten die zeer beperkte middelen tot hun beschikking hebben
  • Daardoor borgen we het praktisch nut van onze diensten
  • Impliceert dat we ons beperken tot daar waar al iets gebeurt.

9. Podiumkunst.net past waar mogelijk open source en open standaarden toe.

  • Daardoor voorkomen we vendor lock-in.
  • Daardoor verhogen we de interoperabiliteit.
  • Daardoor verlagen we de drempel om aan te kunnen sluiten.
  • Impliceert dat open source componenten de voorkeur hebben boven commerciële applicaties.
  • Impliceert dat voor gehanteerde standaarden er voldoende zekerheid is dat (1) de benodigde documentatie laagdrempelig beschikbaar is, (2) er geen hindernissen zijn op het terrein van intellectueel eigendomsrecht, (3) er voldoende inspraak mogelijk is met betrekking tot de (door)ontwikkeling van de standaard en (4) de onafhankelijkheid en duurzaamheid van de standaardisatieorganisatie verzekerd is. (cf. criteria 'open standaard' van Forum Standaardisatie)

Principes uit de DERA

Bovenstaande principes sluiten aan bij de principes uit de DERA en maken die DERA-principes concreet voor Podiumkunst.net. De DERA-principes blijven onverkort van kracht:


DERA geeft onder de noemer “linked data” nog een aantal principes:

  • Bronhouders gebruiken duurzame identifiers om hun informatie te identificeren, nu en in de toekomst. Een duurzame identifier is een URI die via HTTP opgevraagd kan worden, bijvoorbeeld een Cool URI of een persistent identifier.
  • Bronhouders gebruiken (web)standaarden (zoals RDF) om informatie aan te bieden die door afnemers via duurzame identifiers wordt opgevraagd.
  • Bronhouders verwijzen in hun metadata zoveel mogelijk naar informatie van andere bronhouders. Deze verwijzingen zijn duurzame identifiers (punt 1) en leiden naar informatie die via standaarden wordt aangeboden (punt 2).
  • Bronhouders stellen hun metadata daar waar het kan met een open licentie beschikbaar. Gepubliceerde metadata zijn vrijelijk te gebruiken. Dit zorgt voor linked open data.
  • Bronhouders stellen hun digitale informatieobjecten met een bepaalde rechtenstatus beschikbaar. Dit maakt duidelijk of het gebruik beperkt wordt door bijvoorbeeld wetgeving, auteursrechten of privacy. De rechtenstatus kan worden aangegeven met een (open) licentie of een andere vorm van rechtenexpressie.
  • Bronhouders verwijzen in de metadata naar de licentie of rechtenstatus. Deze verwijzing leidt naar een machineleesbare, gestandaardiseerde definitie (principe 2).
  • Bronhouders registreren de verwijzing naar de licentie of rechtenstatus bij de dataset waartoe de informatie behoort.


Bronnen voor principes

Bovenstaande principes zijn opgesteld na analyse van uitspraken/stellingen uit documenten (met name het Programma van eisen en het Activiteitenplan) en de gevoerde gesprekken.

Uit het PvE

  • Gebruik van open source:
    Bij voorkeur wordt de knowledge graph opgebouwd met open source componenten die op een duurzame manier worden onderhouden en doorontwikkeld. Wanneer er toch voor een commerciële applicatie wordt gekozen omvat het ontwerp suggesties voor het duurzaam beheren van de knowledge graph en de financiële implicaties daarvan.

Uit het activiteitenplan

  • Missie: Podiumkunst.net koestert de verhalen van de podiumkunsten met levende collecties
  • Visie: de podiumkunstensector in staat stellen haar collecties digitaal te delen en hergebruik te stimuleren.
    In 2025 is Podiumkunst.net uitgegroeid tot het netwerk waarin de podiumkunstensector is verenigd om collecties beschikbaar te stellen. Podiumkunst.net ontsluit de digitale collecties voor een duurzaam gebruik van ons immaterieel erfgoed. Zowel grote, middelgrote als kleinere cultuurproducerende podiumkunstinstellingen en archieven zijn aangesloten op een gezamenlijk ontwikkelde infrastructuur. De doelgroepen van Podiumkunst.net weten de collecties te vinden en putten er inspiratie uit. Zo draagt de podiumkunstensector, naast de erfgoedsector en de ontwerpsector, bij aan de Nationale Strategie Digitaal Erfgoed (NSDE). Podiumkunst.net inspireert met pilotprojecten, die nieuwe vormen van (her)gebruik onderzoeken en faciliteren.
  • De infrastructuur van voorzieningen van Podiumkunst.net (figuur 1) volgt het drielagenmodel (houdbaar/bruikbaar/zichtbaar) waarin het beheer van datacollecties, voorzieningen voor het verbinden van die data en toepassingen voor presentatie en gebruik worden onderscheiden.

Uitspraken uit de gevoerde gesprekken

  • Betekenis toekennen aan metadata door te verwijzen naar terminologiebronnen (NDE)
  • Minimaliseren inspanningen collectiehouders door aan te sluiten bij reeds toegepaste standaarden (NDE)
  • Laagdrempelige toetreding door zo min mogelijk eisen vooraf te stellen aan toevoegingen, beter daarna begeleiding bij verbeteren metadata (Cemper)
  • Thesauri op logische plaats beleggen. Ontbrekende data terugkoppelen naar de juiste thesaurusbeheerder, niet zelf oplossen (DIP)
  • Gebruik maken van wat er al ligt (aan bronnen) (DIP)
  • Diensten/activiteiten/… moeten praktisch nut hebben voor de instellingen (DEN)
  • Succes vereist dat instellingen inzicht krijgen in / bewust worden van eigen archief (DEN)

Informatiemodel

We onderscheiden informatie op drie verschillende lagen. Elk van deze lagen hanteert eigen metadataspecificaties. Op elk van de niveaus kan, vanwege de veralgemenisering die bij de overgang tussen niveaus plaatsvindt, een bepaalde mate van informatie verloren gaan. Door deze veralgemenisering wordt het bereik van de informatie daarentegen vergroot, waardoor meer organisaties van de informatie gebruik kunnen maken.

Informatielagen.png

Op het eerste niveau komen we de collectiebeschrijvingen van de individuele podiumkunstinstellingen tegen. Deze instellingen kunnen een eigen, organisatiespecifiek metamodel hanteren dat gericht is op de specifieke karakteristieken van de collectie en de collectiespecifieke doelgroepen die de instelling wil bedienen.

Op het tweede niveau vinden we de sectorbrede metadatering op basis van RDA. Op basis van deze standaard is de Podiumkunst.net knowledge graph sectorbreed bevraagbaar. Organisaties die een eigen, organisatiespecifiek metadataformaat hanteren verzorgen een mapping en transformatie van het interne formaat naar het RDA-formaat.

Voor bredere aansluiting binnen het Netwerk Digitaal Erfgoed wordt op het derde niveau Schema.org gehanteerd.

LRM en RDA

Op conceptueel niveau volgt Podiumkunst.net het IFLA-LRM-model [1]. Dit model komt voort uit de samenvoeging van drie separate conceptuele modellen - FRBR, FRAD en FRSAD - en is specifiek ontworpen om gebruikt te worden in een linked-data-omgeving.

LRM.png

LRM is opgebouwd vanuit de zogenaamde WEMI-structuur, waarin onderscheid gemaakt wordt tussen Werken, Expressies, Manifestaties en Items. Hieraan zijn diverse andere objecttypen gerelateerd (zoals Personen, Plaatsen, Tijdsspannes en - meer generiek - 'Dingen' (Res) en aanduidingen (Nomen)).

RDA (Resource Description and Access) [2] is een implementatie van LRM die door Podiumkunst.net gehanteerd wordt als standaard voor metadata in de knowledge graph.

RDA hierarchie.png

RDA bestaat uit een eenvoudige hiërarchie van klassen, op basis van LRM. Aan deze klassen zijn eigenschappen toegekend, vanuit een (complexe) structuur van properties en subproperties waarin de klassenhiërarchie doorklinkt. Relaties tussen klassen zijn vastgelegd als property bij het beginpunt van de relatie. Uit de definitie wordt het eindpunt duidelijk. De relatie rdaa:p50096 "has employer" (label_nl: "heeft werkgever"), bijvoorbeeld, heeft als definitie "Relates a person to a corporate body who employs a person.", waarin zowel het beginpunt (persoon) als het eindpunt (corporatie) zichtbaar is. Deze eigenschap is een subproperty van rdaa:p50095 "is person member of corporate body of", en die eigenschap is zelf ook weer een subproperty van andere - meer generieke - properties.

Rdaa50096.png

Op de pagina Overzicht_RDA-klassen is een overzicht samengesteld van relaties tussen de verschillende RDA-klassen. Vanuit dit overzicht kunnen de verschillende subproperty-hiërarchiën bekeken worden. In de hiërarchie zijn lijsten met bepaalde rollen, (sub)typeringen, identiteittypen et cetera verwerkt (in het voorbeeld hierboven is 'werkgever' een rol van een corporate body).

Ondanks de rijke hiërarchie en de hoeveelheid properties die RDA kent (meer dan 4.000), is RDA niet allesomvattend. We voorzien daarom twee mogelijke vormen van uitbreiding die vanuit Podiumkunst.net zullen worden gehanteerd: (1) uitbreiding met Podiumkunst.net-specifieke properties, en (2) aansluiting bij aanvullende ontologieën.

Podiumkunst.net-specifieke properties

De property-/subpropertystructuur die RDA hanteert, biedt ruimte om Podiumkunst.net-specifieke properties op de juiste plek in de hiërarchie toe te voegen, als subproperties van RDA-properties. Deze PK.net-properties vormen als het ware een schil om de kern van RDA-properties. Zo kunnen benodigde properties snel bruikbaar worden gemaakt, terwijl parallel daaraan een gesprek met de RDA Steering Committee kan worden aangegaan om te beoordelen of de geïdentificeerde, ontbrekende properties aan de RDA core toegevoegd zouden kunnen worden. Het is zelfs mogelijk dat instellingen - die conform RDA willen metadateren maar zelf ook tegen voor hun collectie relevante, ontbrekende properties aanlopen - daar nog een schil omheen leggen van 'lokale' instellingsproperties.

RDA uienmodel.png

In onderstaand voorbeeld is het gebruik van dergelijke pk.net-properties zichtbaar. Het voorbeeld, rondom de voorstelling Mitten wir im Leben sind/Bach6Cellosuiten uit de Theaterencyclopedie, laat zien dat veel relaties goed passen op de beschikbare RDA properties. Voor sommige relaties kan echter de wens bestaan om die, in de context van de podiumkunstensector, specifieker te maken. Zo kent RDA de relatie 'is muziek voor werk', maar niet de specifiekere aanduiding 'is muziek voor dans'. Een dergelijke, specifiekere property is - als subproperty van 'is muziek voor werk' - kandidaat om in de PK.net-schil te worden opgenomen. Welke (sub)properties daadwerkelijk in de PK.net-schil opgenomen moeten worden, zal in de realisatiefase duidelijk moeten worden. Het uitgangspunt hierbij is dat de (mogelijke) vragen die dienstverleners op basis van de Podiumkunst.net knowledge graph willen kunnen beantwoorden voldoende ondersteund worden.

RDA Voorbeeld.png

Geraadpleegde bronnen bij dit voorbeeld:

Aansluiting bij ontologieën

Een voorbeeld waarin de aansluiting bij een domeinspecifieke ontologie relevant is, is de registratie van de bezetting van een muziekuitvoering. In onderstaand voorbeeld, uitgewerkt rondom de compositie Kwintet van Gene Carl uit Muziekschatten, wordt daarvoor de RDA-property rdae:p20215 has medium of performance of musical content verbonden aan de Performed Music Ontology.

Gene Carl - Kwintet.png



Bronnenlandschap

Hier is het bronnenlandschap rondom Podiumkunst.net te vinden. Met name instellingen en partners die informatie ontsluiten aan Podiumkunst.net staan weergeven op deze pagina. Daarnaast zijn ook gewenste informatiestromen en het productieproces te vinden op deze pagina. Ten slotte is een overzicht van de relevante modelelementen die gebruikt worden in het bronnenlandschap bijgevoegd. De elementen komen uit de architectuurtaal ArchiMate®.

Podiumkunst.net presenteert de collecties van de consortiumpartners, andere partners binnen het digitaal cultureel erfgoed landschap en overige online collecties en archieven. Deze partijen zijn op verschillende manieren gekoppeld aan elkaar. Via deze koppelingen stroomt vaak ook relevante informatie voor Podiumkunst.net. Om deze reden is een bronnenlandschap in kaart gebracht. De onderverdeling tussen de partijen is gebaseerd op de gebruikte onderverdeling uit de schatkamer van podiumkunst.net, welke worden uitgelicht in overzichtsplaten verderop.

Overzicht partnergroepen.png


Collecties

De drie groepen/onderverdelingen (stippellijn rechthoeken) bestaan uit verschillende organisaties en instellingen die de collecties en archieven beheren. Deze organisaties en instellingen zijn apart weergegeven in onderstaande afbeeldingen. Deze afbeeldingen hebben het doel om een overzicht te creëren van de verschillende bronnen en organisaties die collecties leveren aan en welke getoond worden via podiumkunst.net. Er wordt een verschil gemaakt tussen de organisaties, de applicaties van de organisaties en de daadwerkelijke bronnen/collecties die de organisaties in beheer hebben of bezitten. Deze verschillen worden weergegeven met de ArchiMate elementen Business Actor (geel blok met een poppetje), Application Component (blauw met een “stekker” links) en Data Object (groene “tabel”), respectievelijk. Onder “Overzicht relevante ArchiMate elementen” staat een overzicht van de gebruikte ArchiMate concepten in het bronnenlandschap.

Consortiumpartners met kleur.png

Op de plaat is te zien dat de consortiumpartners zijn te vereenvoudigen tot vijf partijen (gele blokken met een poppetje erin): namelijk Stichting BPN met de theaterkrant, Muziekweb, Beeld & Geluid, Stichting Omroep Muziek en de Universiteit van Amsterdam met CREATE en het Allard Pierson. Deze partijen zijn onder de consortiumpartners geschaard volgens de schatkamer van podiumkunst.net. De blokken met poppetjes in andere blokken met poppetjes geven aan dat het binnenste poppetje onderdeel uitmaakt van het buitenste poppetje: de organisatie CREATE is onderdeel van de Universiteit van Amsterdam. Zo is ook het Allard Pierson onderdeel van de Universiteit van Amsterdam, waarbij het Circusmuseum, met de circuscollectie, onderdeel is van het Allard Pierson.

Digitaal Cultureel Erfgoed.png

De digitaal cultureel erfgoed instellingen zijn verdeeld in een aantal organisaties, waarbij een aantal organisaties zijn verbonden door middel van oprichting. Zo is bijvoorbeeld het Netwerk Oorlogsbronnen ontstaan vanuit de Stichting Omroep Muziek, het Rijksmuseum en het Nationaal Archief en zijn de collecties van het DBNL en de Koninklijke Bibliotheek verbonden.

Online Collecties en Archieven.png

Podiumkunst.net classificeert sommige instellingen in een aparte categorie: de online collecties en archieven, welke variëren van Nederlandse of Belgische organisaties tot wereldwijde organisaties. De Europese organisaties zijn uitgelicht met bronnen en applicaties (respectievelijk de groene en blauwe blokken), waarbij opvalt dat CEMPER informatie ontvangt van verschillende andere (Belgische) organisaties. De niet-Europese organisaties zijn samengevoegd tot de Wereldwijd categorie in de het grijze blok. Het grijze blok heeft geen inhoudelijke betekenis en is puur visueel.

Gewenste connecties

Naast de bestaande informatiestromen naar Podiumkunst.net zijn er ook een aantal gewenste informatie stromen vanuit de ketenpartners. DIP wenst de bij hen bekende productiedata te verbinden met de bekende data in Podiumkunst.net, waarna het termennetwerk van NDE deze informatie wenst te gebruiken. Hierbij zou het ook mogelijk kunnen zijn om de bekende informatie uit het termennetwerk, waaronder sommige terminologiebronnen, te gebruiken voor Podiumkunst.net. De informatiestromen staan weergeven in onderstaande afbeelding.

Gewenste connecties.png

Productieproces

Een combinatie van de bestaande en de aanwezige informatiestromen zijn terug te vinden in het veralgemeniseerde productieproces voor Podiumkunst.net, zie onderstaande afbeelding links. Dit veralgemeniseerde proces kan worden ingevuld voor de twee aanwezige stromingen binnen Podiumkunst.net: theater en muziek. Voor de theater stroming is dit proces al ingevuld met behulp van de DIP applicatie als Productiedata identificatie component en de Hub als Planningsdata matchcomponent. Hierbij kan voor de DERA rol bronhouder elk theater worden ingevuld en de Theaterencyclopedie als collectieverzamelcomponent. Dit is te zien in onderstaande afbeelding rechts, waarbij de daadwerkelijke systemen zijn 'genest' in de veralgemeniseerde applicatiecomponenten. De betekenis hiervan is dat de 'geneste' applicatiecomponent de achterliggende applicatiecomponent realiseert.

Productieproces algemeen2.png Productieproces theater.png

Uitleg modelelementen

Een overzicht van de gebruikte ArchiMate elementen in bovenstaande modellen is te vinden in dit overzicht.